RCR 2016/78
Nietigheid exploitatieovereenkomst. Is aan wederpartij bij nietig gebleken grondexploitatieovereenkomst een prestatie geleverd?
HR 08-07-2016, ECLI:NL:HR:2016:1441
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 juli 2016
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.V. Polak, C.E. du Perron
- Zaaknummer
15/01170
- Conclusie
A-G mr. L.A.D. Keus
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS924479:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Ruimtelijk bestuursrecht / Ruimtelijke ordening
Verbintenissenrecht / Overige verbintenissen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1441, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑07‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:293, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 15‑04‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑03‑2015
- Wetingang
Art. 6:210 BW; art. 42 (oud) Wro
Essentie
Grondexploitatieovereenkomst. Nietigheid. Onverschuldigde betaling.
Is aan wederpartij bij de nietig gebleken grondexploitatieovereenkomst een prestatie geleverd?
Samenvatting
Een projectontwikkelaar gaat twee grondexploitatieovereenkomsten aan met een gemeente. Onder de overeenkomsten zal de gemeente twee percelen bouwrijp maken en voorzien van riolering en infrastructuur voor de ontwikkeling tot bedrijventerrein. Het ene perceel is al eigendom van de ontwikkelaar en het andere perceel zal worden uitgeruild tegen een derde perceel. Verder wordt een vergoeding voor het bouwrijp maken en een bijdrage voor de realisatie van infrastructuur bedongen. De ontwikkelaar betaalt deze vergoedingen niet en de gemeente ontbindt de overeenkomsten. Vervolgens wordt in rechte ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.