NJ 1946/208
Oplichting. Listige kunstgreep. Uitlegging der telastelegging.
HR 12-03-1946, ECLI:NL:HR:1946:152
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 maart 1946
- Magistraten
Mrs. Fick, Sinninghe Damsté, Hijink, van der Flier, Losecaat Vermeer
- Zaaknummer
[12031946/NJ_1946-208]
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS164864:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1946:152, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑03‑1946
- Wetingang
Essentie
Oplichting. Listige kunstgreep. Uitlegging der telastelegging.
Samenvatting
Het doen toekomen van de, onjuiste gegevens inhoudende, schriftelijke opgaven aan het hoofdbestuur der P.T.T., onder de in de telastelegging omschreven omstandigheden, was geschikt om bij dat hoofdbestuur en bij ambtenaren in dienst der P.T.T. de valsche voorstelling van zaken ingang te doen vinden en daaraan kracht bij te zetten, zoodat het telastegelegde en bewezen verklaarde oplevert een listige kunstgreep in den zin van art. 326 Sr.
Het Hof mocht de telastelegging uitleggen in dezen zin, dat er tusschen req. en de P.T.T. een overeenkomst bestond betreffende de uit te betalen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.