NJB 2021/3268
Prejudiciële beslissing. Algemene verordening gegevensbescherming. BKR-registratie. Hoge Raad: 1. Grondslag BKR-registratie. De grondslag van BKR-registratie is niet art. 6 lid 1 aanhef en onder c AVG, maar art. 6 lid 1 aanhef en onder f AVG. 2. Rechtsbescherming. De betrokkene van wie persoonsgegevens zijn geregistreerd bij het BKR heeft het recht op gegevenswissing en het recht van bezwaar als bedoeld in de AVG. De betrokkene van wie persoonsgegevens zijn verwerkt op grond van art. 6 lid 1 aanhef en onder c AVG heeft die rechten niet, maar die kan zich bij de burgerlijke rechter verzetten tegen de verwerking van zijn persoonsgegevens.
HR 03-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1814
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 december 2021
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, C.E. du Perron, M.J. Kroeze, H.M. Wattendorff, G.C. Makkink
- Zaaknummer
21/00241
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1814, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑12‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:831, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 15‑09‑2021
- Wetingang
Essentie
Prejudiciële beslissing. Algemene verordening gegevensbescherming. BKR-registratie. Hoge Raad: 1. Grondslag BKR-registratie. De grondslag van BKR-registratie is niet art. 6 lid 1 aanhef en onder c AVG, maar art. 6 lid 1 aanhef en onder f AVG. 2. Rechtsbescherming. De betrokkene van wie persoonsgegevens zijn geregistreerd bij het BKR heeft het recht op gegevenswissing en het recht van bezwaar als bedoeld in de AVG. De betrokkene van wie persoonsgegevens zijn verwerkt op grond van art. 6 lid 1 aanhef en onder c AVG heeft die rechten niet, maar die kan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.