Regeling optische en geluidssignalen 2009
Artikel 4
Geldend
Geldend vanaf 07-12-2013
- Bronpublicatie:
05-12-2013, Stcrt. 2013, 33683 (uitgifte: 06-12-2013, regelingnummer: IENM/BSK-2013/264452)
- Inwerkingtreding
07-12-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-12-2013, Stcrt. 2013, 33683 (uitgifte: 06-12-2013, regelingnummer: IENM/BSK-2013/264452)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Verkeerstekens en verkeersmaatregelen
Verkeersrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De in artikel 29, eerste lid, van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 genoemde diensten en de in artikel 1 aangewezen hulpverleningsdiensten wijzen personen of groepen van personen aan, die daartoe ingerichte motorvoertuigen met de inwerking zijnde optische en geluidsignalen[lees: geluidssignalen] mogen besturen.
2.
De in het eerste lid bedoelde personen worden aangewezen, nadat zij een speciale instructie hebben gekregen waardoor zij in staat zijn uiteen te zetten:
- a.
wat de strafrechtelijke en civielrechtelijke gevolgen van het direct of indirect veroorzaken van schade of letsel tijdens de rit zijn;
- b.
wat het gedrag en de reactie van weggebruikers kunnen zijn wanneer zij geconfronteerd worden met optische en geluidsignalen;
- c.
wat het gewenste rijgedrag is; en
- d.
wat de effecten van een hoge rijsnelheid zijn op de remweg, het reactievermogen, de letselernst en de responstijd.