Einde inhoudsopgave
Landsverordening administratieve rechtspraak [Curaçao]
Artikel 23
Geldend
Geldend vanaf 16-09-2006
- Redactionele toelichting
M.i.v. 10-10-2010 bestendigd als landsverordening van Curaçao ingevolge art. 1, lid 1, van de Algemene overgangsregeling wetgeving en bestuur Curaçao (04-09-2010, A.B. 87).
- Bronpublicatie:
31-08-2006, Publicatieblad Nederlandse Antillen 2006, 71 (uitgifte: 31-08-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
16-09-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-08-2006, Publicatieblad Nederlandse Antillen 2006, 71 (uitgifte: 31-08-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
1.
De griffier zendt onverwijld een afschrift van het beroepschrift en van de daarbij behorende bescheiden aan het bestuursorgaan. Daarbij wordt een bevelschrift van het Gerecht gevoegd tot het onverwijld overleggen van alle op het beroepschrift betrekking hebbende stukken. Indien het bestuursorgaan weigert op het beroepschrift betrekking hebbende stukken over te leggen, kan het Gerecht bepalen dat het door hem aan te wijzen overheidslichaam aan de indiener een door hem vast te stellen dwangsom verbeurt voor elke dag, dat het orgaan in gebreke blijft.
2.
Het in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering omtrent de dwangsom bepaalde is van overeenkomstige toepassing.
3.
Bij de toezending van het beroepschrift aan het bestuursorgaan wordt vermeld de termijn waarbinnen een verweerschrift kan worden ingediend. Deze termijn kan het Gerecht verlengen zo dikwijls het belang van de behandeling van het beroepschrift dat vordert. Bij het indienen van het verweerschrift wordt een afschrift daarvan bijgevoegd.