O&A 2020/28
SyRI-wetgeving in strijd met artikel 8 EVRM omdat zij niet voldoet aan fundamentele beginselen inzake gegevensbescherming als transparantie, doelbindingsbeginsel en beginsel van dataminimalisatie.
Rb. Den Haag 05-02-2020, ECLI:NL:RBDHA:2020:865, m.nt. S.R.P. Bastiaans, T. Barkhuysen & N. Jak.
- Instantie
Rechtbank Den Haag
- Datum
5 februari 2020
- Magistraten
mrs. Ritsema van Eck-van Drempt, Honée, van Harten
- Zaaknummer
C-09-550982-HA ZA 18-388
- Noot
S.R.P. Bastiaans, T. Barkhuysen & N. Jak.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS204685:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
EU-recht / Rechtsbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBDHA:2020:865, Uitspraak, Rechtbank Den Haag, 05‑02‑2020
- Wetingang
(art. 8, tweede lid, EVRM)
Essentie
SyRI-wetgeving in strijd met artikel 8 EVRM omdat zij niet voldoet aan fundamentele beginselen inzake gegevensbescherming als transparantie, doelbindingsbeginsel en beginsel van dataminimalisatie.
Samenvatting
SyRI-wetgeving in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten voor de Mens
De rechtbank heeft uitspraak gedaan in een zaak over het Systeem Risico Indicatie (SyRI). SyRI is een wettelijk instrument dat de overheid gebruikt voor de bestrijding van fraude op bijvoorbeeld het terrein van uitkeringen, toeslagen en belastingen. De rechtbank is van oordeel dat de wetgeving die de inzet van SyRI regelt in strijd is met hoger recht. De ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.