NJB 2023/1787:Redelijke termijn, art. 6 lid 1 EVRM: herhaling en toepassing beoordelingskader uit HR 9 februari 2021, ECLI:NL:HR:2021:197. In casu heeft het hof volstaan met de constatering dat de redelijke termijn is overschreden. Het hof heeft het toepasselijke kader miskend door daarbij te overwegen dat ‘de zaak in totaal in beginsel niet langer dan 32 maanden hoort te duren’, dat de ‘totale periode’ ruim 58 maanden beslaat en dat daarom sprake is van ‘een overschrijding van in totaal 26 maanden’.