NJB 2022/1780
Toepassing getuigenarrest post-Keskin (HR 20 april 2021, ECLI:NL:HR:2021:576): in casu (een hennepzaak) is het verzoek tot oproeping van een getuige zowel in verband met de rechtmatigheid van de bewijsgaring onderbouwd (rechtmatigheid) als in relatie tot de betrouwbaarheid van de getuigenverklaringen (betrouwbaarheid). In relatie tot het laatste voldoet de afwijzing van het verzoek niet aan de post-Kestkin rechtspraak.
HR 12-07-2022, ECLI:NL:HR:2022:997
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 juli 2022
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers
- Zaaknummer
20/03774
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:997, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑07‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:511, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑05‑2022
- Wetingang
(art. 6 EVRM)
Essentie
Toepassing getuigenarrest post-Keskin (HR 20 april 2021, ECLI:NL:HR:2021:576): in casu (een hennepzaak) is het verzoek tot oproeping van een getuige zowel in verband met de rechtmatigheid van de bewijsgaring onderbouwd (rechtmatigheid) als in relatie tot de betrouwbaarheid van de getuigenverklaringen (betrouwbaarheid). In relatie tot het laatste voldoet de afwijzing van het verzoek niet aan de post-Kestkin rechtspraak.
Uitspraak
Inleiding
Verdachte is veroordeeld omdat hij – kort gezegd – ‘168 hennepstekken opzettelijk heeft vervoerd’.
De bewezenverklaring van het opzettelijk vervoeren van hennepstekken rust mede op het proces-verbaal van de verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2].
Het cassatiemiddel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.