Deze zaak hangt samen met nr. 11/04274/E ([medeverdachte 1]), nr. 11/04273/E ([medeverdachte 2]) en nr. 11/04271/P ([medeverdachte 2]) waarin ik ook vandaag concludeer.
HR, 08-10-2013, nr. 11/04275 P
ECLI:NL:HR:2013:904
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
08-10-2013
- Zaaknummer
11/04275 P
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:HR:2013:904, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑10‑2013; (Cassatie)
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:907, Gevolgd
ECLI:NL:PHR:2013:907, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑08‑2013
Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2013:904, Gevolgd
- Vindplaatsen
Uitspraak 08‑10‑2013
Inhoudsindicatie
Economische profijtontneming. Geen middelen ingediend, betrokkende n-o.
Partij(en)
8 oktober 2013
Strafkamer
nr. 11/04275 E
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, Economische Kamer, van 13 september 2011, nummer 20/002569-10, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijke verkregen voordeel ten laste van:
[betrokkene] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1965.
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de betrokkene. Middelen van cassatie zijn namens deze niet voorgesteld.
De Advocaat-Generaal A.J. Machielse heeft geconcludeerd dat de betrokkene niet-ontvankelijk zal worden verklaard in het beroep.
2. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
Nu de betrokkene niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de Hoge Raad door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie heeft doen indienen, is niet in acht genomen het voorschrift van art. 437, tweede lid, in verbinding met art. 511h van het Wetboek van Strafvordering, zodat de betrokkene in het beroep niet kan worden ontvangen.
3. Beslissing
De Hoge Raad verklaart de betrokkene niet-ontvankelijk in het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en H.A.G. Splinter-van Kan, in bijzijn van de waarnemend griffier S.C. Rusche, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 8 oktober 2013.
Conclusie 20‑08‑2013
Inhoudsindicatie
Economische profijtontneming. Geen middelen ingediend, betrokkende n-o.
Nr. 11/04275 P
Mr. Machielse
Zitting 20 augustus 2013
Conclusie inzake:
[betrokkene] 1.
1. De economische kamer van het gerechtshof ’s-Hertogenbosch heeft bij arrest van 8 oktober 2011 de vordering strekkende tot oplegging van de verplichting tot betaling aan de staat van het geschatte wederrechtelijk verkregen voordeel, afgewezen.
2. Mr. R. Wouters, advocaat te Middelburg, heeft namens betrokkene beroep in cassatie ingesteld.
3. De aanzegging op de voet van het eerste lid van artikel 435 Sv is na vergeefse uitreiking op het gba-adres op 6 augustus 2012 betekend aan een persoon die verklaarde mondeling gemachtigde te zijn. De in het tweede lid van artikel 437 Sv genoemde termijn van twee maanden voor indiening van de cassatieschriftuur eindigde derhalve op 5 oktober 2012. Binnen deze termijn is geen schriftuur van verdachte ter administratie van de Hoge Raad ontvangen. Dit brengt mee dat verdachte niet kan worden ontvangen in het cassatieberoep.
4. Deze conclusie strekt tot niet-ontvankelijk verklaring van verdachte in het beroep.
De Procureur-Generaal
bij de Hoge Raad der Nederlanden
Voetnoten
Voetnoten Conclusie 20‑08‑2013