Einde inhoudsopgave
Richtlijn (EU) 2016/801 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van derdelanders met het oog op onderzoek, studie, stages, vrijwilligerswerk, scholierenuitwisseling, educatieve projecten of au-pairactiviteiten
Artikel 34 Procedurele waarborgen en transparantie
Geldend
Geldend vanaf 22-05-2016
- Bronpublicatie:
11-05-2016, PbEU 2016, L 132 (uitgifte: 21-05-2016, regelingnummer: 2016/801)
- Inwerkingtreding
22-05-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-05-2016, PbEU 2016, L 132 (uitgifte: 21-05-2016, regelingnummer: 2016/801)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Bijzondere onderwerpen
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De bevoegde instanties van de betrokken lidstaat nemen een besluit over de aanvraag voor een vergunning of voor verlenging ervan en stellen de aanvrager, overeenkomstig de nationale wettelijke kennisgevingsprocedures van de betrokken lidstaat, zo spoedig mogelijk en uiterlijk 90 dagen na de datum waarop de volledige aanvraag is ingediend, schriftelijk in kennis van hun besluit.
2.
In afwijking van lid 1 van dit artikel wordt, indien het bij de toelatingsprocedure een goedgekeurde gastentiteit als bedoeld in de artikelen 9 en 15 betreft, het besluit over de volledige aanvraag zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 60 dagen genomen.
3.
Indien de ter staving van de aanvraag verstrekte informatie of documentatie onvolledig is, delen de bevoegde instanties de aanvrager binnen een redelijke termijn mee welke aanvullende gegevens vereist zijn en stellen zij voor de verstrekking hiervan een redelijke termijn vast. De in de leden 1 en 2 bedoelde termijn wordt opgeschort totdat de autoriteiten de gevraagde aanvullende informatie hebben ontvangen. Indien de aanvullende informatie of documenten niet binnen de gestelde termijn worden verstrekt, kan de aanvraag worden afgewezen.
4.
De redenen voor een besluit tot niet-ontvankelijk verklaren, afwijzing van een aanvraag of weigering van een verlenging worden de aanvrager schriftelijk meegedeeld. De redenen voor een besluit tot intrekking van een vergunning worden de derdelander schriftelijk meegedeeld. De redenen voor een besluit tot intrekking van een vergunning kunnen ook schriftelijk aan de gastentiteit worden meegedeeld.
5.
Een besluit tot niet-ontvankelijk verklaren, afwijzing van de aanvraag, of niet-verlenging of intrekking van een vergunning kan juridisch worden aangevochten in de betrokken lidstaat, overeenkomstig het nationale recht. De rechterlijke of bestuursrechtelijke instantie waar een beroep kan worden ingesteld en de beroepstermijn worden in de schriftelijke kennisgeving vermeld.