RBP 2015/17
Executiegeschil. Welke maatstaf dient te worden gehanteerd bij een executiegeschil tot schorsing van de tenuitvoerlegging van een verstekvonnis?
Hof 's-Hertogenbosch 09-12-2014, ECLI:NL:GHSHE:2014:5174
- Instantie
Hof 's-Hertogenbosch
- Datum
9 december 2014
- Magistraten
Mrs. W.H.B. den Hartog Jager, M.G.W.M. Stienissen, M. van Ham
- Zaaknummer
HD 200.149.770_01
- JCDI
JCDI:ADS920048:1
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHSHE:2014:5174, Uitspraak, Hof 's-Hertogenbosch, 09‑12‑2014
- Wetingang
Essentie
Executiegeschil verstekzaak. Schorsing tenuitvoerlegging.
Welke maatstaf dient te worden gehanteerd bij een executiegeschil tot schorsing van de tenuitvoerlegging van een verstekvonnis?
Samenvatting
Allsafe verhuurt opslagunits en heeft de inhoud van een opslagunit bij opbod verkocht wegens een huurachterstand. Vervolgens vordert appellant in rechte van Allsafe een schadevergoeding van € 60.000 vanwege onrechtmatige verkoop van de goederen die waren opgeslagen in de van Allsafe gehuurde opslagunit. Die vordering wordt bij verstek toegewezen. Van dit verstekvonnis komt Allsafe in verzet. Daarna heeft appellant het verstekvonnis laten betekenen en executeren. In deze zaak heeft Allsafe in eerste aanleg in kort geding gevorderd de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.