NJ 2020/117
Vermogensrecht. Vordering tegen PostNL wegens ongeldigverklaring gulden-postzegels per 1 november 2013 zonder inruilmogelijkheid. Onrechtmatig? Ongerechtvaardigde verrijking? Rechtskarakter frankeerzegel. Juridische kwalificatie aanschaf/bezit postzegel.
Hof Den Haag 23-01-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:15
- Instantie
Hof Den Haag
- Datum
23 januari 2018
- Magistraten
Mrs. M.A.F. Tan-de Sonnaville, A. Dupain, H.C. Grootveld
- Zaaknummer
200.194.980/01
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS194800:1
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Eigendom, bezit en houderschap
Verbintenissenrecht / Overige verbintenissen
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHDHA:2018:15, Uitspraak, Hof Den Haag, 23‑01‑2018
- Wetingang
Art. 6:162, 6:212 BW
Essentie
Vermogensrecht. Vordering tegen PostNL wegens ongeldigverklaring gulden-postzegels per 1 november 2013 zonder inruilmogelijkheid. Onrechtmatig? Ongerechtvaardigde verrijking? Rechtskarakter frankeerzegel. Juridische kwalificatie aanschaf/bezit postzegel.
Samenvatting
Het hof verwerpt het betoog van de Handelaren dat een postzegel een algemeen betaalmiddel is, zodat ongeldigverklaring ervan een inbreuk op hun bezitsrecht zou zijn.
Het achterwege laten van omruilmogelijkheden is niet onrechtmatig. De zorgvuldigheid in het maatschappelijk verkeer brengt niet met zich dat door PostNL aan de Handelaren in 2013 een mogelijkheid tot omruilen had moeten worden geboden.
PostNL is niet verrijkt door geen omruilfaciliteit te bieden. Bovendien had PostNL een rechtvaardiging ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.