V-N 2021/38.17:Procesrechtelijke gevolgen niet-verstrekken op zaak betrekking hebbende stukken in WOZ-zaken

V-N 2021/38.17

Procesrechtelijke gevolgen niet-verstrekken op zaak betrekking hebbende stukken in WOZ-zaken

Documentgegevens:

Rb. Midden-Nederland 05-07-2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:2890, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws

Instantie: Rechtbank Midden-Nederland
Datum: 5 juli 2021
Magistraten: Van Ek, Rijlaarsdam, De Meulder
Zaaknummer: UTR 20/3677
Noot: Redactie Vakstudie Nieuws
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
JCDI: JCDI:ADS291733:1
Vakgebied(en): Waardering onroerende zaken (V)
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:RBMNE:2021:2890, Uitspraak, Rechtbank Midden-Nederland, 05‑07‑2021
Wetingang: art. 6:22, 7:4 lid 2 en art. 8:42 lid 1 Awb; art. 17 Wet WOZ

Essentie

Rechtbank Midden-Nederland constateert in WOZ-zaken dat veelvuldig een beroep wordt gedaan op schending van het verstrekken van ‘op de zaak betrekking hebbende stukken’. De rechtbank ziet daarom aanleiding om uit te leggen hoe zij hiermee omgaat en geeft verschillende voorbeelden.

Samenvatting

X maakt bezwaar tegen de vastgestelde WOZ-waarde van zijn woning en vraagt de heffingsambtenaar om de grondstaffel, de KOUDV-factoren en liggingsfactoren te verstrekken. In de bezwaarfase verzuimt de heffingsambtenaar deze stukken over te leggen. Tijdens de hoorzitting komt X hierop niet terug. De vraag is of sprake is van een schending van procesrecht en zo ja, of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.