NJB 2012/2050
Strafsoortverweer. Uiteenzetting van mogelijke vreemdelingenrechtelijke gevolgen van oplegging onvoorwaardelijke gevangenisstraf hoefde niet te worden opgevat als een uitdrukkelijk onderbouwd standpunt in de zin van art. 359 lid 2 Sv.
HR 18-09-2012, ECLI:NL:HR:2012:BX4744
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 september 2012
- Magistraten
(Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu en N. Jörg)
- Zaaknummer
11/01521
- LJN
BX4744
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BX4744, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑09‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BX4744, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑09‑2012
- Wetingang
(Sr art. 359 lid 2)
Essentie
Strafsoortverweer. Uiteenzetting van mogelijke vreemdelingenrechtelijke gevolgen van oplegging onvoorwaardelijke gevangenisstraf hoefde niet te worden opgevat als een uitdrukkelijk onderbouwd standpunt in de zin van art. 359 lid 2 Sv.
Uitspraak
Inleiding:
Het middel klaagt dat het Hof ten onrechte, althans onvoldoende gemotiveerd, het uitdrukkelijk onderbouwde standpunt dat aan de verdachte geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf moet worden opgelegd, heeft verworpen. In hoger beroep heeft de raadsman van de verdachte overeenkomstig een overgelegde pleitnota onder meer aangevoerd: ‘Een onvoorwaardelijke gevangenisstraf zoals deze door de rechtbank is opgelegd is een straf die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.