Einde inhoudsopgave
Gedelegeerde verordening (EU) 2015/35 tot aanvulling van Richtlijn 2009/138/EG betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II)
Artikel 344 Beoordeling van de aanvraag om uitsluitend het geconsolideerde solvabiliteitskapitaalvereiste van de groep met behulp van een intern model te berekenen
Geldend
Geldend vanaf 18-01-2015
- Bronpublicatie:
10-10-2014, PbEU 2015, L 12 (uitgifte: 17-01-2015, regelingnummer: 2015/35)
- Inwerkingtreding
18-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-10-2014, PbEU 2015, L 12 (uitgifte: 17-01-2015, regelingnummer: 2015/35)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Verzekeringsrecht / Algemeen
1.
Om de aanvraag naar behoren te kunnen beoordelen en, in voorkomend geval, de aanvrager te verzoeken een aanvraag overeenkomstig artikel 231 van Richtlijn 2009/138/EG in te dienen, neemt de groepstoezichthouder pas een definitief besluit na raadpleging van de bij de beoordeling van de aanvraag betrokken toezichthoudende autoriteiten.
2.
Tijdens de beoordeling van de aanvraag mogen ook de andere toezichthoudende autoriteiten dan de in artikel 343, lid 2, bedoelde, bij de beoordeling van de aanvraag betrokken toezichthoudende autoriteiten binnen het college van toezichthouders aan de beoordeling van de aanvraag deelnemen. Hun deelneming blijft beperkt tot het signaleren en voorkomen van de volgende omstandigheden:
- (a)
dat de uitsluiting van delen van de bedrijfsactiviteiten van het toepassingsgebied van het interne model tot een materiële onderschatting van de risico's van de groep leidt;
- (b)
dat het interne model in tegenspraak is met een intern model dat eerder door de relevante toezichthoudende autoriteit is goedgekeurd of waarvan het goedkeuringsproces loopt, en dat voor de berekening van het solvabiliteitskapitaalvereiste van sommige van de verbonden verzekerings- of herverzekeringsondernemingen wordt gebruikt.
3.
In voorkomend geval omvat de beoordeling van de aanvraag een evaluatie van de vraag of de overeenkomstig artikel 343, lid 5, onder a), iii), uiteengezette redenen voor de uitsluiting van verbonden ondernemingen van het toepassingsgebied van het interne model voor de berekening van de groepssolvabiliteit voldoende aantonen dat de totale risico's waaraan de groep is blootgesteld, niet worden onderschat door een gedeeltelijk intern model te gebruiken.
4.
De beoordeling van de aanvraag omvat een evaluatie van de vraag of de overeenkomstig artikel 343, lid 5, onder a), iv), uiteengezette redenen waarom het interne model voor de berekening van het geconsolideerde solvabiliteitskapitaalvereiste van de groep een bepaalde verbonden onderneming bestrijkt, maar niet voor de berekening van het solvabiliteitskapitaalvereiste van de betrokken verbonden onderneming wordt gebruikt, voldoende rechtvaardigen dat een aanvraag niet volgens de procedure van artikel 231 van Richtlijn 2009/138/EG is ingediend.