Gst. 2020/121
Handhaving na faillissement. Last onder bestuursdwang. Handhavend optreden tegen curator kan alleen in zijn hoedanigheid van beheerder van de boedel. Handhavend optreden tegen curator in persoon is niet mogelijk. (Provincie Groningen)
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
26 februari 2020
- Magistraten
Mrs. J.E.M. Polak, F.C.M.A. Michiels en G.T.J.M. Jurgens
- Zaaknummer
201809236/1/A1
- Noot
R. Olivier
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS229953:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Insolventierecht / Faillissement
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2020:598, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 26‑02‑2020
- Wetingang
Essentie
Handhaving na faillissement. Last onder bestuursdwang. Handhavend optreden tegen curator kan alleen in zijn hoedanigheid van beheerder van de boedel. Handhavend optreden tegen curator in persoon is niet mogelijk. (Provincie Groningen)
Samenvatting
Na een faillissement is de curator in zijn hoedanigheid van beheerder van de boedel verantwoordelijk voor de naleving van de uit het bestuursrecht voorvloeiende verplichtingen van de boedel. Een last onder bestuursdwang kan worden opgelegd aan de curator in zijn hoedanigheid als beheerder van de boedel (curator q.q.), maar niet aan de curator in persoon (curator pro se).
Partij(en)
Uitspraak in het geding tussen:
[appellant], ...