Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2012/29/EU vaststelling minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten
Artikel 1 Doelstellingen
Geldend
Geldend vanaf 15-11-2012
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2023, L 220).
- Bronpublicatie:
25-10-2012, PbEU 2012, L 315 (uitgifte: 14-11-2012, regelingnummer: 2012/29/EU)
- Inwerkingtreding
15-11-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-10-2012, PbEU 2012, L 315 (uitgifte: 14-11-2012, regelingnummer: 2012/29/EU)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
EU-recht / Rechtsbescherming
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
1.
Deze richtlijn heeft tot doel ervoor te zorgen dat slachtoffers van strafbare feiten passende informatie, ondersteuning en bescherming krijgen en aan de strafprocedure kunnen deelnemen.
De lidstaten zorgen ervoor dat slachtoffers op een respectvolle, tactvolle, geïndividualiseerde, professionele en niet-discriminerende manier worden erkend en bejegend in alle contacten met slachtofferhulp- of herstelrechtdiensten of een bevoegde autoriteit, die in het kader van de strafprocedure optreedt. De in deze richtlijn opgenomen rechten worden jegens slachtoffers op niet-discriminerende wijze toegepast, mede wat hun verblijfsstatus betreft.
2.
Wanneer het slachtoffer een kind is, zorgen de lidstaten ervoor dat bij de toepassing van deze richtlijn, de belangen van het kind op de eerste plaats komen en per geval worden beoordeeld. Een kindvriendelijke aanpak, waarbij voldoende rekening wordt gehouden met de leeftijd, het ontwikkelingsniveau, de meningen, behoeften en zorgen van het kind, prevaleert. Het kind en, in voorkomend geval, de drager van de ouderlijke verantwoordelijkheid of andere wettelijke vertegenwoordiger, worden geïnformeerd over alle maatregelen en rechten die specifiek verband houden met het kind.