RO 2020/32
Vond persoonlijke borgstelling plaats ten behoeve van normale uitoefening van bedrijf van vennootschap?
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 maart 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
19/02195
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS202553:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:483, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑03‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1229, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑11‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑06‑2019
- Wetingang
Essentie
Toestemming echtgenoot.
Vond de persoonlijke borgstelling plaats ten behoeve van de normale uitoefening van het bedrijf van de vennootschap?
Samenvatting
Eiser houdt 10,1% van de aandelen in C BV. Zijn echtgenote houdt 89,9% van de aandelen en is enig bestuurder van C BV. C BV is de bestuurder en enig aandeelhouder van B BV ("B"). B heeft een handelsrelatie met verweerster, in het kader waarvan zij overeenkomsten tot het inlenen van personeel heeft gesloten. B laat, ondanks aanmaning door verweerster, na om facturen van verweerster voor het inlenen van personeel te betalen. Verweerster is bereid met uitstel van de ...