Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2014/26/EU betreffende het collectieve beheer van auteursrechten en naburige rechten en de multiterritoriale licentieverlening van rechten inzake muziekwerken voor het online gebruik ervan op de interne markt
Artikel 16 Licentieverlening
Geldend
Geldend vanaf 09-04-2014
- Bronpublicatie:
26-02-2014, PbEU 2014, L 84 (uitgifte: 20-03-2014, regelingnummer: 2014/26/EU)
- Inwerkingtreding
09-04-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-02-2014, PbEU 2014, L 84 (uitgifte: 20-03-2014, regelingnummer: 2014/26/EU)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Auteursrecht
Intellectuele-eigendomsrecht / Naburige rechten
Intellectuele-eigendomsrecht / Europees intellectuele-eigendomsrecht
1.
De lidstaten zien erop toe dat collectieve beheerorganisaties en gebruikers in goed vertrouwen onderhandelingen voeren over de licentieverlening voor rechten. Collectieve beheerorganisaties en gebruikers verschaffen elkaar alle noodzakelijke informatie.
2.
Licentievoorwaarden zijn gebaseerd op objectieve en niet-discriminerende criteria. Bij het verlenen van licenties voor rechten zijn collectieve beheerorganisaties niet verplicht licentievoorwaarden die zijn overeengekomen met een gebruiker als precedent te gebruiken voor andere onlinediensten, wanneer de gebruiker een nieuwe soort onlinedienst aanbiedt die nog geen drie jaar voor het publiek in de Unie beschikbaar is.
Rechthebbenden ontvangen een passende vergoeding voor het gebruik van de rechten. Tarieven voor exclusieve rechten en rechten op vergoeding zijn redelijk in verhouding tot onder meer de economische waarde van het gebruik van de rechten in het handelsverkeer, gelet op de aard en reikwijdte van het gebruik van de werken en andere materie, en in verhouding tot de economische waarde van de door de collectieve beheerorganisatie verstrekte dienst. Collectieve beheerorganisaties stellen de betrokken gebruiker in kennis van de criteria die voor het bepalen van die tarieven zijn gebruikt.
3.
Collectieve beheerorganisaties beantwoorden aanvragen van gebruikers zonder onnodige vertraging en geven daarbij onder meer op welke informatie zij nodig hebben om een licentie aan te bieden.
Nadat ze alle relevante informatie heeft ontvangen, biedt de collectieve beheerorganisatie zonder onnodige vertraging een licentie aan, of verschaft zij de gebruiker een gemotiveerde verklaring waarin zij uitlegt waarom zij niet van plan is een licentie te verlenen voor een bepaalde dienst.
4.
Een collectieve beheerorganisatie stelt gebruikers in de gelegenheid op elektronische wijze met haar te communiceren, onder meer, voor zover van toepassing, ten behoeve van de verslaglegging over het licentiegebruik.