RF 2012/84
Effectenlease. Huurkoop. Is er bij effectenleaseproducten van Ohra sprake van huurkoop en betekent dit dat een partner moet meetekenen op basis van art. 1:88 lid 3 BW? (Delta Lloyd Bank N.V./X)
HR 13-07-2012, ECLI:NL:HR:2012:BW4989 (Delta Lloyd Bank)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 juli 2012
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
10/05279
- Conclusie
plv. P-G mr. C.L. de Vries Lentsch-Kostense
- LJN
BW4989
- Roepnaam
Delta Lloyd Bank
- JCDI
JCDI:ADS912185:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BW4989, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑07‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BW4989, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑07‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑11‑2010
- Wetingang
Essentie
Effectenlease. Huurkoop.
Is er bij effectenleaseproducten van Ohra sprake van huurkoop en betekent dit dat een partner moet meetekenen op basis van art. 1:88 lid 3 BW?
Samenvatting
Verweerder heeft een effectenleaseproduct gekocht van Ohra door het aangaan van een ‘Overeenkomst Ohra Flexbeleg’ voor van vijf jaar. Ohra heeft daarbij een lening verstrekt tegen een rentevergoeding. Het bedrag van de lening wordt aangewend voor de aankoop van effecten door Ohra ten behoeve van de klant. Ohra heeft een pandrecht op de aangekochte effecten. Na de periode van vijf jaar heeft Ohra de aandelen op verzoek van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.