Alle omstandigheden van het geval
Einde inhoudsopgave
Alle omstandigheden van het geval (O&R nr. 77) 2013/8.2.4:8.2.4 Beantwoording van subvraag D
Alle omstandigheden van het geval (O&R nr. 77) 2013/8.2.4
8.2.4 Beantwoording van subvraag D
Documentgegevens:
mr. P.T.J. Wolters, datum 01-03-2013
- Datum
01-03-2013
- Auteur
mr. P.T.J. Wolters
- JCDI
JCDI:ADS304542:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Subvraag D luidt als volgt: kan een scherper onderscheid tussen de omstandigheden van het geval onduidelijkheid wegnemen? Ik ben bij de beantwoording van deze subvraag uitgegaan van de volgende hypothese: de relevantie van iedere omstandigheid kan door verschillende factoren worden verklaard, een scherp onderscheid tussen deze factoren verduidelijkt de rol van de omstandigheden van het geval.
Iedere factor kan worden ‘vertaald’ in een andere factor. Er bestaan geen factoren die geen enkele overlap vertonen met een andere factor. Er bestaan zelfs factoren die de relevantie van iedere omstandigheid kunnen verklaren. Iedere factor vertoont een overlap met een dergelijke factor. Het is bijvoorbeeld altijd mogelijk om een rechtsbeginsel te formuleren dat de invloed van een concrete omstandigheid verklaart.1 Het eerste gedeelte van de hypothese is niet gefalsificeerd.
Verschillende factoren kunnen de relevantie van een concrete omstandigheid verklaren. Dit betekent echter niet dat een beroep op iedere factor even duidelijk is. Een beroep op een bepaalde factor verdient de voorkeur als dit beroep ‘duidelijk’ en ‘direct’ is. Een beroep is duidelijk als het verklaart waarom en hoe de factor de werking van de redelijkheid en billijkheid beïnvloedt. Een beroep is direct als de invloed van de factor niet afhankelijk is van andere factoren.2
In sommige gevallen verdient een beroep op de ene factor de voorkeur boven een beroep op een andere, overlappende factor. Een beroep op de factor ‘omvang belang’ verdient bijvoorbeeld de voorkeur boven een beroep op de factor ‘soort belang’.3 De soort van het belang is immers relevant omdat hij invloed uitoefent op de omvang van het betrokken belang. Uiteindelijk beïnvloedt de omvang van het belang de werking van de redelijkheid en billijkheid. Een beperkte aantasting van een belangrijk belang kan in een concreet geval minder gewicht in de schaal leggen dan een grote aantasting van een minder belangrijk belang.
In andere gevallen verdient een beroep op een combinatie van factoren de voorkeur. De deskundigheid van een partij beïnvloedt het vertrouwen dat de wederpartij aan haar verklaringen mag ontlenen. De wederpartij mag meer vertrouwen ontlenen aan de verklaringen van een deskundige partij. Uiteindelijk beïnvloedt het opgewekte vertrouwen, en dus de factor ‘eerdere gedragingen die niet in overeenstemming zijn met later gedrag’ de werking van de redelijkheid en billijkheid. Een beroep op de factor ‘deskundigheid’ verduidelijkt echter waarom het vertrouwen gerechtvaardigd is.4
Een beroep op sommige factoren verdient nooit de voorkeur. De invloed van de omstandigheden van het geval is duidelijker als een beroep op deze factoren wordt vermeden. Een beroep op de factor ‘afhankelijkheid’ dient bijvoorbeeld altijd te worden vervangen door een beroep op de factor ‘mogelijkheden tot belangenbehartiging’ of de factor ‘verschil in de mogelijkheden tot belangenbehartiging’. ‘Afhankelijkheid’ is een omschrijving van de beperkte mogelijkheden tot belangenbehartiging. Juist deze mogelijkheden beïnvloeden de werking van de redelijkheid en billijkheid. 5 Dit betekent overigens niet dat de bespreking van dergelijke factoren overbodig is. De factoren zijn ontleend aan de wet, de jurisprudentie en de literatuur.6 Deze bronnen doen ook een beroep op factoren die de voorkeur niet verdienen. Een bespreking van deze factoren verduidelijkt waarom een beroep op andere factoren de voorkeur verdient.
De in de vorige hoofdstukken besproken overlappingen tonen aan dat een duidelijk onderscheid tussen de verschillende factoren mogelijk is. Bij iedere besproken overlapping is het mogelijk om de ‘beste benadering’ in de zin van § 1.5.4 aan te wijzen. Ook het tweede gedeelte van de hypothese is vooralsnog niet gefalsificeerd. Subvraag D dient, wat betreft de in dit proefschrift onderzochte omstandigheden, positief te worden beantwoord. Ja, een scherper onderscheid tussen de omstandigheden van het geval kan onduidelijkheid wegnemen. Hierbij moet echter rekening worden gehouden met één van de in § 8.2.1 besproken beperkingen. Toekomstige bronnen kunnen omstandigheden blootleggen die niet passen bij de bestaande factoren. Dit onderzoek maakt niet duidelijk of een beroep op deze omstandigheden de voorkeur verdient. Het toont wel aan dat deze omstandigheden een overlap vertonen met andere factoren. Er bestaan immers factoren die de relevantie van iedere omstandigheid kunnen verklaren. Het onderzoek bespreekt daarnaast niet alle mogelijke overlappingen. Er bestaat een kans dat het bij één van deze overlappingen niet mogelijk is om de beste benadering aan te wijzen.