V-N 2020/59.23
Inspecteur moet volgens A-G alsnog onderzoek doen naar aanwezigheid overgelegde stukken
HR (A-G) 15-10-2020, ECLI:NL:PHR:2020:954, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
15 oktober 2020
- Zaaknummer
20/00766
- Conclusie
A-G Niessen
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS240649:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Resultaat uit overige werkzaamheden
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:281, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑02‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑02‑2022
ECLI:NL:PHR:2020:954, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑10‑2020
- Wetingang
art. 3.90 Wet IB 2001
Essentie
Advocaat-generaal Niessen concludeert dat de procespositie van X is geschaad. Het oordeel van het hof dat X niet in het bewijs van haar stelling is geslaagd, is volgens de A-G niet naar behoren gemotiveerd. Er is uitspraak gedaan zonder dat de inspecteur het door het hof gevraagde onderzoek heeft verricht.
Samenvatting
X werkt in 2013 en 2014 in dienstbetrekking. In 2014 ontvangt zij ook uitkeringen van het UWV. Daarnaast schrijft zij scenario’s voor film en toneel. De resultaten hiervan geeft zij vanaf 2010 aan als resultaat uit overige werkzaamheden. De resultaten zijn echter steeds negatief. In 2017 schrijft ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.