Einde inhoudsopgave
Wet basisregistratie ondergrond
Artikel 30 [Melding twijfel juistheid]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2018
- Bronpublicatie:
30-09-2015, Stb. 2015, 362 (uitgifte: 16-10-2015, kamerstukken: 33839)
- Inwerkingtreding
01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2017, Stb. 2017, 504 (uitgifte: 22-12-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Milieurecht / Bodem
1.
Een bestuursorgaan dat gerede twijfel heeft over de juistheid van een in de registratie ondergrond opgenomen authentiek gegeven over een verkenning, gebruiksrecht of constructie of het ontbreken van een dergelijk gegeven in de registratie ondergrond doet daarvan onder opgaaf van redenen melding aan Onze Minister.
2.
Een bestuursorgaan dat gerede twijfel heeft over de schematische weergave van de ondergrond op een bepaalde plaats binnen een in de registratie ondergrond opgenomen authentiek model of over een authentiek gegeven over dat model, doet daarvan onder opgaaf van redenen melding aan Onze Minister. Voor zover de melding betrekking heeft op een authentiek model, kan het bestuursorgaan aan Onze Minister het verzoek doen om het authentiek model tussentijds te actualiseren, indien de noodzaak daartoe dringend aanwezig is.
3.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gegeven over:
- a.
de gevallen waarin een melding als bedoeld in het eerste lid of tweede lid, eerste volzin, achterwege kan blijven, en
- b.
een beperking van de kring van bestuursorganen die verplicht zijn toepassing te geven aan het eerste of tweede lid.