Einde inhoudsopgave
Vissersvaartuigenbesluit 2002
Artikel 3.7 Bedrijfsomstandigheden
Geldend
Geldend vanaf 20-02-2002
- Bronpublicatie:
11-01-2002, Stb. 2002, 60 (uitgifte: 19-02-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
20-02-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-01-2002, Stb. 2002, 60 (uitgifte: 19-02-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Het aantal en de soort bedrijfsomstandigheden waarmee rekening moet worden gehouden is ten genoegen van het Hoofd van de Scheepvaartinspectie en omvat ten minste:
- a.
vertrek naar de visgronden met volle brandstoftanks, bevoorrading, ijs, visgerei, en dergelijke;
- b.
vertrek vanaf de visgronden met volle vangst;
- c.
aankomst in de thuishaven met volle vangst en 10% bevoorrading, brandstof, en dergelijke;
- d.
aankomst in de thuishaven met 10% bevoorrading, brandstof en een minimum vangst die normaal 20% van de volle vangst bedraagt, maar kan oplopen tot 40%, mits het Hoofd van de Scheepvaartinspectie van oordeel is dat bedrijfsomstandigheden een dergelijke waarde rechtvaardigen.
2.
In aanvulling op de specifieke bedrijfsomstandigheden, bedoeld in het eerste lid, wordt voldaan aan de minimum stabiliteitscriteria, zoals bepaald in artikel 3.2, bij alle andere te verwachten bedrijfsomstandigheden, met inbegrip van die welke de laagste waarden van de stabiliteitsparameters te zien geven en zijn vervat in deze criteria. Tevens wordt rekening gehouden met de bijzondere omstandigheden die verband houden met een wijziging van het doel waarvoor het vaartuig wordt gebruikt of van het vaargebied en die van invloed zijn op de stabiliteit.
3.
Met betrekking tot de omstandigheden, bedoeld in het eerste lid, omvatten de berekeningen het volgende:
- a.
toeslag voor het gewicht van de natte visnetten en takel enz. op het dek,
- b.
toeslag voor ijsafzetting, indien dit wordt voorzien, in overeenstemming met het bepaalde in artikel 3.8,
- c.
gelijkmatige verdeling van de vangst, tenzij dit niet praktisch is,
- d.
vangst aan dek, indien dit wordt voorzien, in de bedrijfsomstandigheden, zoals aangegeven in het eerste lid, onderdeel b en c, en in het tweede lid,
- e.
waterballast indien vervoerd hetzij in tanks die voor dit doel zijn bestemd, hetzij in andere tanks die ook voor het vervoer van waterballast zijn ingericht, en
- f.
toeslag voor het effect van het vrije vloeistofoppervlak en, indien van toepassing, voor de visvangst.