Wet Souvereiniteitsoverdracht Indonesië
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 22-12-1949
- Bronpublicatie:
21-12-1949, Stb. 1949, J 570 (uitgifte: 21-12-1949, kamerstukken: 1478 )
- Inwerkingtreding
22-12-1949
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-1949, Stb. 1949, J 570 (uitgifte: 21-12-1949, kamerstukken: 1478 )
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Financiën
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Ministerie van Buitenlandse Zaken
Ministerie van Justitie
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
Ministerie van Economische Zaken
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
Wet van 21 December 1949, houdende een voorziening in de zin van artikel 211 der Grondwet
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat voor de aanvaarding van de resultaten van de Ronde Tafel Conferentie betreffende de wijze om werkelijke, volledige en onvoorwaardelijke souvereiniteit over te dragen aan de Republiek der Verenigde Staten van Indonesië overeenkomstig de Renville-beginselen een voorziening in de zin van artikel 211 der Grondwet moet worden getroffen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: