NJB 2012/727
HR, 06-03-2012, nr. S 09/04384
HR 06-03-2012, ECLI:NL:HR:2012:BQ8596
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
6 maart 2012
- Magistraten
Mrs. Van Dorst, Ilsink, De Hullu, Van Loon en Buruma
- Zaaknummer
S 09/04384
- Conclusie
A-G Aben
- LJN
BQ8596
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Bedrijfseconomisch advies (V)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BQ8596, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑03‑2012
- Wetingang
Essentie
1) De opvatting dat art. 126dd Sv de officier van justitie alleen de mogelijkheid geeft dat de in het eerste lid van dat artikel bedoelde gegevens worden gebruikt voor een ander strafrechtelijk onderzoek indien dat betrekking heeft op strafbare feiten waarvan het vermoeden bestaat dat deze reeds zijn gepleegd, is een te weinig ruime opvatting dan de wetgever voor ogen heeft gestaan (middel 2)
2) Uit de bewijsmiddelen en de uitwerking daarvan door het hof in zijn nadere bewijsoverweging kan worden afgeleid dat er sprake was van medeplegen (middel 5)
3) Dat — bij veroordeling ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.