Einde inhoudsopgave
Besluit verplichte geestelijke gezondheidszorg
Artikel 3.1
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
16-05-2019, Stb. 2019, 198 (uitgifte: 05-06-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-2019, Stb. 2019, 437 (uitgifte: 29-11-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie en Veiligheid
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Klachtbehandeling
Gezondheidsrecht / Geneeskundige behandeling
Privacy / Verwerking persoonsgegevens
1.
De verwerkingsverantwoordelijke voor een gegevensverwerking die voortvloeit uit de wet treft de nodige maatregelen van technische en organisatorische aard teneinde te borgen dat persoonsgegevens zijn beveiligd tegen:
- a.
verlies of aantasting;
- b.
onbevoegde kennisneming, opneming, wijziging, verwijdering of verstrekking.
2.
De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, omvatten ten minste:
- a.
maatregelen met betrekking tot personen die werkzaam zijn voor de verwerkingsverantwoordelijke of de verwerker;
- b.
maatregelen met betrekking tot het beheer van de gegevens, waaronder maatregelen gericht op de technische beveiliging tegen onbevoegde digitale toegang tot de persoonsgegevens in geval van digitale gegevensverwerking;
- c.
maatregelen voor het geval de geheimhouding van de vermelde gegevens is geschaad;
- d.
maatregelen ter voorkoming van calamiteiten en het afhandelen daarvan;
- e.
maatregelen gericht op het veilig verstrekken van persoonsgegevens;
- f.
maatregelen om de vertrouwelijkheid, integriteit en beschikbaarheid van de verwerkingssystemen te garanderen en bij een incident de beschikbaarheid van en de toegang tot persoonsgegevens tijdig te herstellen;
- g.
maatregelen om de doeltreffendheid van de technische en organisatorische maatregelen te testen, te evalueren en zo nodig aan te passen.
3.
De verwerkingsverantwoordelijke voor een gegevensverwerking die voortvloeit uit de wet draagt zorg voor een zodanige inrichting van die gegevensverwerking dat wordt geborgd dat de verstrekking van gegevens die voortvloeit uit de wet doelmatig en tijdig plaats kan vinden en dat de te verstrekken gegevens actueel, juist en volledig zijn.
4.
Over de uitvoering van het eerste, tweede of derde lid, kunnen bij regeling van Onze Minister nadere regels worden gesteld.
5.
Bij regeling van Onze Minister worden gegevensverwerkingen aangewezen die moeten voldoen aan bij die regeling omschreven technische standaarden.
6.
Aan het bepaalde in het eerste en tweede lid, en het bepaalde krachtens het vierde lid en vijfde wordt tevens uitvoering gegeven door een verwerker die ten behoeve van de verwerkingsverantwoordelijke de betrokken gegevens bewerkt.
7.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over de wijze van verstrekken van de in artikel 8:24, tweede lid, van de wet bedoelde gegevens. Bij ministeriële regeling kan hiertoe tevens een format worden vastgesteld.