Einde inhoudsopgave
Wet explosieven voor civiel gebruik
Artikel 21
Geldend
Geldend vanaf 21-10-2016
- Bronpublicatie:
05-10-2016, Stb. 2016, 374 (uitgifte: 20-10-2016, kamerstukken: 34448)
- Inwerkingtreding
21-10-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-10-2016, Stb. 2016, 374 (uitgifte: 20-10-2016, kamerstukken: 34448)
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
1.
Ondernemingen uit de sector explosieven houden een doorlopend register van hun transacties in explosieven bij, onverlet de bij of krachtens andere wettelijk regelingen gestelde voorschriften.
2.
De registratie dient zodanig te zijn opgezet dat ondernemingen uit de sector explosieven de in artikel 22, eerste lid, bedoelde personen te allen tijde ten minste de volgende gegevens kunnen verstrekken:
- a.
de unieke identificatie van de explosieven;
- b.
het type explosieven;
- c.
de naam en de vestigingsplaats van de onderneming of de woonplaats van de persoon die de explosieven houdt of in bewaring heeft;
- d.
de locatie van de explosieven;
- e.
de contactgegevens van degene die namens de onderneming buiten kantooruren gegevens kan verstrekken, en
- f.
indien van toepassing, de naam en de vestigingsplaats van de onderneming of de woonplaats van de persoon aan welke de explosieven zijn overgedragen.
3.
De in het eerste lid bedoelde ondernemingen of hun rechtsopvolgers bewaren de documenten die betrekking hebben op de in dat lid bedoelde geregistreerde transacties gedurende een periode van tien jaar na de levering of, voor zover bekend, na het einde van de levenscyclus van de explosieven, ongeacht of zij tijdens die periode hun activiteiten hebben beëindigd.
4.
Ondernemingen uit de sector explosieven houden gedurende de in het derde lid vermelde termijn de verzamelde gegevens bij, beschermen die gegevens tegen beschadiging of vernietiging en testen het registratiesysteem jaarlijks om de effectiviteit ervan en de kwaliteit van de opgeslagen gegevens te controleren.
5.
Onze Minister kan, in overeenstemming met Onze Minister wie het mede aangaat, bij ministeriële regeling nadere regels stellen met betrekking tot de opzet van de registratie en de te registreren gegevens.