NJ 1933, p. 1649
Mededaderschap. Sr. art. 311.
HR 28-08-1933, ECLI:NL:HR:1933:18
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 augustus 1933
- Magistraten
Mrs. Schepel, v. Gelein Vitringa, Kirberger, Meckmann en Servatius.
- Zaaknummer
[28081933/NJ_1933,_p._1649]
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS128927:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1933:18, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑08‑1933
- Wetingang
Essentie
Mededaderschap. Sr. art. 311.
Samenvatting
Nu de getuige, naar het oordeel van het Hof niet in h. b. heeft kunnen verschijnen en aldaar haar ter terechtzitting der Rechtb. afgelegde verklaring is voorgelezen, heeft het Hof ingevolge de artt. 418 en 322, lid 2 Sv. deze verklaring als ter terechtzitting van het Hof afgelegd mogen aanmerken en mitsdien tot het bewijs bezigen.
Om te kunnen aannemen, dat twee personen te zamen als mededaders een delict hebben begaan behoeft niet nauwkeurig vast te staan, welke van de handelingen, die de samenstellende deelen van het strafbaar feit uitmaken, door ieder hunner ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.