NJ 1927, p. 409
Kan, na beteekening der overdracht door cedens en cessionaris, de schuldenaar overlegging van de akte van overdracht vorderen?
HR 14-01-1927, ECLI:NL:HR:1927:57, m.nt. Prof. Mr. Paul Scholten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 januari 1927
- Magistraten
Mrs. Bosch, Visser, van den Dries, Schepel, van Gelein Vitringa.
- Zaaknummer
[141927/NJ_1927,_p._409]
- Conclusie
Mr. Tak
- Noot
Prof. Mr. Paul Scholten
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS122556:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1927:57, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑01‑1927
- Wetingang
(BW art. 668.)
Essentie
Kan, na beteekening der overdracht door cedens en cessionaris, de schuldenaar overlegging van de akte van overdracht vorderen?
Samenvatting
Voor den schuldenaar, die door een beweerden cessionaris tot betaling wordt aangesproken, is het — ook dan wanneer de overdracht der schuldvordering aan hem is beteekend — van groot belang te weten, of die beweerde overdracht inderdaad heeft plaats gehad, dus of er een akte van overdracht is als bij art. 668 B. W. wordt gevorderd. Dit wordt niet anders, wanneer, gelijk hier het geval was, cedens en cessionaris gezamenlijk de overdracht aan den schuldenaar hebben doen beteekenen. Ten onrechte ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.