Einde inhoudsopgave
Wet studiefinanciering 2000
Artikel 12.10 Afwijking van voormalig artikel 5.6
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2022
- Bronpublicatie:
23-02-2022, Stb. 2022, 116 (uitgifte: 21-03-2022, kamerstukken: 35946)
- Inwerkingtreding
01-09-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-03-2022, Stb. 2022, 117 (uitgifte: 22-03-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Studiefinanciering
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Tot een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, wordt in afwijking van artikel 5.6, zoals dat luidde op 31 augustus 2015, de prestatiebeurs mede gedurende 5 jaren verstrekt, indien het betreft een opleiding:
- a.
genoemd in artikel 7.4, derde lid, eerste volzin, WHW, zoals dat artikel op 31 augustus 2002 luidde,
- b.
genoemd in artikel 7.4, zesde lid, WHW, zoals dat artikel op 31 augustus 2002 luidde, of
- c.
genoemd in artikel 18.20 WHW.
2.
Tot een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, wordt in afwijking van artikel 5.6, zoals dat luidde op 31 augustus 2015, de prestatiebeurs mede gedurende 6 jaren verstrekt, indien het betreft een opleiding, genoemd in artikel 7.4, derde lid, tweede volzin, WHW, zoals dat artikel op 31 augustus 2002 luidde. Het aantal om te zetten maanden wordt verminderd met het verschil tussen 360 studiepunten en de studielast die is gebaseerd op een geringer aantal maanden, indien een ho-student:
- a.
met goed gevolg een examen heeft afgelegd van een deel van een opleiding, en
- b.
dat deel ten minste 240 studiepunten bedraagt.
3.
Tot een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, wordt in afwijking van artikel 5.6, zoals dat luidde op 31 augustus 2015, de prestatiebeurs mede gedurende 6,5 jaar verstrekt, indien het betreft:
- a.
een opleiding als bedoeld in artikel 18.15 WHW, zoals dat artikel luidde op 31 augustus 2010, in de godgeleerdheid aan een openbare universiteit die, blijkens het onderwijs- en examenprogramma, wordt gevolgd in combinatie met het onderwijs in het kader van een opleiding vanwege een kerkgenootschap tot leraar of ambtsdrager van dat kerkgenootschap, en
- b.
een opleiding als bedoeld in artikel 18.15 WHW, zoals dat artikel luidde op 31 augustus 2010, met een studielast van 360 studiepunten gericht op een godsdienstig of levensbeschouwelijk ambt aan een bijzondere instelling voor wetenschappelijk onderwijs of een opleiding in de zin van artikel 18.15 WHW, zoals dat artikel luidde op 31 augustus 2010, in de godgeleerdheid aan een op grond van artikel 6.9 WHW, zoals dat artikel luidde op 31 augustus 2010, aangewezen instelling.
4.
In afwijking van artikel 5.6, zoals dat luidde op 31 augustus 2015, wordt de prestatiebeurs gedurende 6,5 jaar verstrekt aan een ho-student die vóór 1 september 2010 studiefinanciering ontving voor:
- a.
het geheel van een bacheloropleiding en een masteropleiding in de godgeleerdheid aan een openbare of bijzondere universiteit dat, blijkens het onderwijs- en examenprogramma, wordt gevolgd in combinatie met het onderwijs in het kader van een opleiding vanwege een kerkgenoot schap tot leraar of ambtsdrager van dat kerkgenootschap, of
- b.
een opleiding met een studielast van 360 studiepunten gericht op een godsdienstig of levensbeschouwelijk ambt aan een bijzondere instelling voor wetenschappelijk onderwijs of het geheel van een bacheloropleiding en een masteropleiding godgeleerdheid binnen het wetenschappelijk onderwijs aan een aangewezen instelling als bedoeld in artikel 6.9 WHW, zoals dat artikel luidde op 31 augustus 2010.