Einde inhoudsopgave
Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus
Artikel 10 (particulier rechercheurs)
Geldend
Geldend vanaf 04-02-2016. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 18-01-2016
- Bronpublicatie:
26-01-2016, Stcrt. 2016, 4673 (uitgifte: 03-02-2016, regelingnummer: 723850)
- Inwerkingtreding
04-02-2016, terugwerkend tot: 18-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-01-2016, Stcrt. 2016, 4673 (uitgifte: 03-02-2016, regelingnummer: 723850)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
1.
Een recherchebureau belast uitsluitend een persoon met recherchewerkzaamheden, indien deze in het bezit is van een op naam gesteld diploma particulier onderzoeker van de Stichting Vakexamens voor de Particuliere Beveiligingsorganisaties.
2.
Als gelijkwaardig aan het diploma, bedoeld in het eerste lid, worden erkend een erkenning van beroepskwalificaties als bedoeld in artikel 5 van de Algemene wet erkenning EU-beroepskwalificaties, voor werkzaamheden als particulier rechercheur.
3.
Het eerste lid geldt niet voor een periode van maximaal 12 maanden, te rekenen vanaf de dag dat de betrokkene voor het eerst bij een particulier recherchebureau dat beschikt over een keurmerk van de Nederlandse Veiligheidsbranche of van de Branchevereniging voor Particuliere Onderzoeksbureaus van de Nederlandse Veiligheidsbranche met recherchewerkzaamheden wordt belast, indien betrokkene door middel van een verklaring van de opleidende instelling kan aantonen dat hij in de periode waarop de aanvraag betrekking heeft, de opleiding voor het diploma particulier onderzoeker van de Stichting Vakexamens voor de Particuliere Beveiligingsorganisaties volgt.
4.
De in het derde lid genoemde periode van maximaal 12 maanden wordt op geen enkele wijze onderbroken, verlengd of geschorst.