NJ 1939/973
Aanrijding. Telastelegging primair misdrijf (art. 308 Sr.), subsidiair overtreding (art. 22 a Motor- en Rijw.wet). De Rechtb. spreekt vrij van de primaire telastelegging en veroordeelt ter zake van de overtreding. Hooger beroep van verdachte. Het Hof bevestigt de veroordeeling, doch legt een zwaardere straf op. Cassatieberoep verworpen.
HR 20-02-1939, ECLI:NL:HR:1939:215, m.nt. Prof. Mr. B.M. Taverne
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 februari 1939
- Magistraten
Mrs. Taverne, de Menthon Bake, Servatius, Donner en van der Meulen
- Zaaknummer
[20021939/NJ_1939-973]
- Conclusie
Mr. Holsteyn
- Noot
Prof. Mr. B.M. Taverne
- JCDI
JCDI:ADS163839:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1939:215, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑02‑1939
- Wetingang
Essentie
Aanrijding. Telastelegging primair misdrijf (art. 308 Sr.), subsidiair overtreding (art. 22 a Motor- en Rijw.wet). De Rechtb. spreekt vrij van de primaire telastelegging en veroordeelt ter zake van de overtreding. Hooger beroep van verdachte. Het Hof bevestigt de veroordeeling, doch legt een zwaardere straf op. Cassatieberoep verworpen.
Samenvatting
De appèllabiliteit wordt niet naar het bewezenverklaarde, doch naar het te laste gelegde beoordeeld. Requirants beroep op den tweeden zin van het eerste lid van art. 404 Sv. kan geen doel treffen, nu het hier niet gevoegde zaken geldt.
Het Hof heeft req., wien primair het misdrijf van art. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.