Einde inhoudsopgave
Inkwartieringswet
Artikel 19
Geldend
Geldend vanaf 01-08-1953
- Bronpublicatie:
18-06-1953, Stb. 1953, 305 (uitgifte: 03-07-1953, kamerstukken: 2610 )
- Inwerkingtreding
01-08-1953
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-07-1953, Stb. 1953, 342 (uitgifte: 24-07-1953, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Inkwartiering en onderhoud kan niet gevorderd worden indien daardoor gebruik gemaakt zou moeten worden van woonruimte, welke ter beschikking staat van gezinnen, waarin vier of meer minderjarige kinderen of kleinkinderen, tot het gezin behorende, inwonend zijn, waartoe een kraamvrouw of een ernstige zieke behoort, of waarin zich een lijk bevindt.
2.
In gebouwen, waarin een besmettelijke ziekte heerst, mag geen inkwartiering en onderhoud plaatshebben. Als besmettelijke ziekten gelden de ziekten die als zodanig bij algemene maatregel van bestuur worden genoemd.
3.
Gezinnen zonder mannelijke personen boven de twintig jaren worden niet met inkwartiering van mannelijke militairen belast.
4.
Ten aanzien van de inkwartiering van vrouwelijke militairen is Onze Minister bevoegd nadere voorschriften te geven aan de burgemeesters.