Einde inhoudsopgave
Zetelverdrag tussen het Internationaal Strafhof en het Gastland
Artikel 11 Fondsen, bezittingen en overige eigendommen
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2008
- Bronpublicatie:
07-06-2007, Trb. 2007, 125 (uitgifte: 17-07-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-03-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-03-2008, Trb. 2008, 31 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal strafrecht / Internationale tribunalen
1.
Het Hof en zijn fondsen, bezittingen en overige eigendommen, ongeacht waar deze zich bevinden of wie deze onder zich heeft, zijn vrijgesteld van elke vorm van rechtsvervolging, behoudens voor zover het Hof in een bijzonder geval uitdrukkelijk van zijn immuniteit afstand heeft gedaan, evenwel met dien verstande dat afstand van immuniteit zich nooit uitstrekt tot executiemaatregelen.
2.
Fondsen, bezittingen en overige eigendommen van het Hof, ongeacht waar deze zich bevinden of wie deze onder zich heeft, zijn vrijgesteld van onderzoek, beslaglegging, vordering, confiscatie, onteigening en iedere andere vorm van ingrijpen, ongeacht of het optreden van uitvoerende, bestuursrechtelijke, rechterlijke of wetgevende aard is.
3.
Voor zover benodigd voor de uitoefening van de taken van het Hof zijn de fondsen, bezittingen en overige eigendommen van het Hof, ongeacht waar deze zich bevinden of wie deze onder zich heeft, vrijgesteld van beperkingen, voorschriften, controles en moratoria van welke aard dan ook.