NJ 2019/15
Recht op rechtsbijstand bij politieverhoor. Eerlijk proces. Wanneer leidt schending van het recht op ‘acces to a lawyer’ tot schending van art. 6 EVRM?
EHRM 09-11-2018, ECLI:CE:ECHR:2018:1109JUD007140910, m.nt. W.H. Vellinga (Beuze/België)
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
9 november 2018
- Magistraten
G. Raimondi, A. Nußberger, L.-A. Sicilianos, G. Yudkivska, H. Jäderblom, R. Spano, N. Vučinić, P. Lemmens, K. Wojtyczek, V. Griţco, K. Turković, E. Kūris, S. O'Leary, S. Mourou-Vikström, G. Ravarani, L. Hüseynov, J. Ilievski
- Zaaknummer
71409/10
- Noot
W.H. Vellinga
- Roepnaam
Beuze/België
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS167848:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:CE:ECHR:2018:1109JUD007140910, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 09‑11‑2018
Essentie
Recht op rechtsbijstand bij politieverhoor. Eerlijk proces. Wanneer leidt schending van het recht op ‘acces to a lawyer’ tot schending van art. 6 EVRM?
Samenvatting
Klager is wegens verdenking van moord op zijn ex-vriendin in 2007 verhoord door de Belgische politie en — later — door de onderzoeksrechter. Bij deze verhoren was geen raadsman aanwezig. Voorafgaand aan de verhoren was hij niet gewezen op het recht een raadsman te consulteren. Na het bevel tot voortzetting van de voorlopige hechtenis, is hem toegestaan een raadsman te raadplegen. De Belgische rechter veroordeelde hem tot een levenslange gevangenisstraf, op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.