Einde inhoudsopgave
Beleidsregels niet-incidentele artikel 3 loterijvergunningen
Artikel 15 Intrekking van de vergunning
Geldend
Geldend vanaf 14-07-2016
- Bronpublicatie:
12-07-2016, Stcrt. 2016, 37159 (uitgifte: 13-07-2016, regelingnummer: 782071)
- Inwerkingtreding
14-07-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-07-2016, Stcrt. 2016, 37159 (uitgifte: 13-07-2016, regelingnummer: 782071)
- Vakgebied(en)
Horecarecht / Kansspel- en gokactiviteiten
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
De raad van bestuur kan de vergunning in ieder geval intrekken, indien:
- a.
de gegevens, die met het oog op de verkrijging van de vergunning zijn verstrekt, zodanig onjuist of onvolledig zijn gebleken dat op de aanvraag een andere beslissing zou zijn gegeven indien bij de beoordeling daarvan de juiste en volledige gegevens bekend waren geweest;
- b.
niet of niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden voor de verlening van de vergunning;
- c.
onvoldoende medewerking is verleend aan het toezicht op de naleving en de handhaving van de bij of krachtens deze wet en de Wet op de kansspelbelasting gestelde voorschriften;
- d.
de vergunninghouder kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen, anders dan de aan hem vergunde kansspelen, aanbiedt zonder daartoe een vergunning verleend te hebben gekregen.