Rb. Zeeland-West-Brabant, 04-07-2013, nr. 776057 ov 13-2301
ECLI:NL:RBZWB:2013:5328
- Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum
04-07-2013
- Zaaknummer
776057 ov 13-2301
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBZWB:2013:5328, Uitspraak, Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 04‑07‑2013; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
Uitspraak 04‑07‑2013
Inhoudsindicatie
Verzoek om een voorlopig getuigenverhoor te bevelen afgewezen wegens onvoldoende belang verzoeker
Partij(en)
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Kanton
Breda
zaak/rolnr.: 776057 OV VERZ 13-2301
beschikking d.d. 4 juli 2013
inzake
de vennootschap onder firma SAFE DIVING V.O.F.,
[verzoeker 2] , en
[verzoekster 3] ,
gevestigd en wonende te Eindhoven
verzoekende partij,
gemachtigde: mr. drs. R.G.M. van der Pas, advocaat te Breda,
tegen:
de Europese vennootschap ARAG S.E.,
gevestigd te Düsseldorf, Duitsland, mede kantoorhoudende te Breda,
verwerende partij,
gemachtigde: mr. C.J. van der Made.
1. Het verloop van het geding
1.1
De procesgang blijkt uit de volgende stukken:
- a.
. het op 8 mei 2013 ter griffie ontvangen verzoekschrift met producties;
- b.
. het op 30 mei 2013 ter griffie ontvangen verweerschrift;
- c.
. de beschikking van de kantonrechter van 8 mei 2013;
- d.
. de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling van 6 juni 2013.
1.2
De inhoud van deze stukken geldt als hier ingelast.
1.3
Partijen worden hierna aangeduid als Safe Diving en ARAG.
2. Het verzoek
2.1
Het verzoekschrift strekt ertoe dat de kantonrechter een voorlopig getuigenverhoor zal bevelen.
2.2
ARAG concludeert primair tot niet-ontvankelijkheid en subsidiair tot afwijzing van het verzoek.
3. De beoordeling
3.1
In deze procedure wordt uitgegaan van de volgende feiten.
- Op 2 december 2011 heeft Safe Diving haar geschil met Imagemakers gemeld bij haar rechtsbijstandsverzekeraar ARAG.
- -
Mr. Van Tilborgh en mr. Hoofs, beiden werkzaam bij ARAG, hebben namens ARAG rechtsbijstand verleend.
- -
Safe Diving heeft op 3 mei 2012 een beroep op de geschillenregeling van ARAG gedaan. Mr. Hijzen, werkzaam bij ARAG, heeft het beroep op de geschillenregeling behandeld. Het beroep op de geschillenregeling heeft er toe geleid dat mr. Hoofs de behandeling van de zaak heeft voortgezet.
- -
Safe Diving heeft op 3 augustus 2012 de overeenkomst van opdracht met ARAG buitengerechtelijk ontbonden.
- -
Safe Diving heeft ARAG aansprakelijk gesteld voor de door haar geleden schade.
3.2
Safe Diving legt aan haar verzoek ten grondslag dat de door ARAG verleende rechtsbijstand niet deugdelijk was, zodat zij de overeenkomst met ARAG heeft ontbonden en ARAG aansprakelijk is voor de door haar geleden schade. Safe Diving zal in een tegen ARAG te voeren procedure mogelijk worden belast met het bewijs van een achttal stellingen. Teneinde vast te kunnen stellen of, en zo ja in welke mate, Safe Diving in staat zal zijn tot het leveren van bewijs van haar stellingen, wenst zij reeds nu een aantal getuigen te horen, te weten mr. Van Tilborgh, mr. Hoofs, mr. Hijzen en diens vervanger mr. Timmermans (allen werkzaam bij ARAG) alsmede de heer [verzoeker 2] van Safe Diving.
3.3
ARAG beroept zich primair op de onbevoegdheid van de kantonrechter nu Safe Diving niets heeft gesteld omtrent de hoogte en de aard van de door haar geleden schade. Derhalve moet er van uit worden gegaan dat de vordering van onbepaalde waarde is zodat de zaak bij de rechtbank dient te worden aangebracht.
Subsidiair voert ARAG aan dat het antwoord op de vraag of de door haar verrichte werkzaamheden de toets der kritiek kunnen doorstaan, ligt besloten in de stukken zelf. Het verzoek bevat geen feiten of omstandigheden die door middel van getuigenbewijs bewezen moeten worden zodat een voorlopig getuigenverhoor geen toegevoegde waarde heeft. Er is sprake van een verboden fishing expedition. Daarom dient het verzoek van Safe Diving te worden afgewezen.
3.4
Ter zitting heeft Safe Diving aangevoerd dat de door haar geleden schade beneden de€ 25.000,00 ligt. Gelet daarop is de kantonrechter van oordeel dat zij bevoegd is om van het onderhavige verzoek kennis te nemen.
3.5
Bij de beoordeling van een verzoek om een voorlopig getuigenverhoor te bevelen, geldt volgens artikel 186 juncto artikel 166 lid 1 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering als hoofdregel dat de rechter een getuigenbewijs beveelt zo vaak één der partijen dit verzoekt, de te bewijzen feiten zijn betwist, het bewijs daarvan door getuigen is toegelaten en deze feiten tot een beslissing in de zaak kunnen leiden. Een aan de wettelijke vereisten voldoend verzoek moet worden toegewezen, tenzij een afwijzingsgrond bestaat (Hoge Raad 11 februari 2005, LJN: AR 6809). Als afwijzingsgronden kunnen gelden: onvoldoende belang als bedoeld in artikel 3:303 Burgerlijk Wetboek, misbruik van bevoegdheid, strijd met de goede procesorde en ten slotte een ander door de rechter zwaarwichtig geoordeeld bezwaar.
3.6
De kantonrechter stelt vast dat Safe Diving niet tevreden is over de door ARAG verrichte rechtsbijstand en dat haar kritiek ziet op de kwaliteit van de door ARAG geproduceerde concept-processtukken en op de niet nakoming van de tussen partijen gemaakte afspraken. Met ARAG is de kantonrechter van oordeel dat uit de voorhanden zijnde correspondentie en de tussen partijen gewisselde concept-processtukken zal moeten volgen of voormelde kritiek van Safe Diving terecht is en of ARAG gehouden is de schade van Safe Diving te vergoeden. Dit geldt eveneens voor de door Safe Diving in het verzoekschrift geformuleerde stellingen, waarvan zij meent dat mogelijk op haar de bewijslast rust.Daar waar Safe Diving aanvoert dat ten aanzien van de wijze van behandeling van het beroep op de geschillenregeling amper of geen schriftelijke stukken aanwezig zijn, heeft te gelden dat Safe Diving de relatie tussen de gestelde tekortkoming van mr. Hijzen en de door haar geleden schade, alsmede het belang van het horen van mr. Hijzen en mr. Timmermans onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt. Dit klemt temeer nu het beroep van Safe Diving op de geschillenregeling de kern van het geschil tussen partijen niet raakt.Safe Diving voert voorts weliswaar aan dat zij belang heeft bij het horen van de getuigen nu zij op zoek is naar redenen waarom de door ARAG verrichte rechtsbijstand niet deugdelijk was en of zij ARAG dit verwijt terecht kan maken maar zij heeft nagelaten te concretiseren welke feiten en omstandigheden zij opgehelderd wenst te zien om haar proceskansen goed in te schatten. Voor zover Safe Diving bedoelt om middels een voorlopig getuigenverhoor het verweer van ARAG boven tafel te krijgen, mag Safe Diving van ARAG weliswaar verwachten dat zij haar standpunt kenbaar maakt, maar dit belang ziet niet op middels het horen van getuigen te achterhalen feiten en omstandigheden van het onderhavige geschil.Op grond van het voorgaande is de kantonrechter dan ook van oordeel dat Safe Diving onvoldoende belang heeft bij haar verzoek zodat dit zal worden afgewezen.
3.7
De kantonrechter ziet aanleiding te bepalen dat iedere partij de eigen kosten van de procedure dient te dragen.
4. De beslissing
De kantonrechter:
wijst het verzoek af;
bepaalt dat iedere partij de eigen kosten van de procedure draagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. S.A.M.L. Van den Bosch- van de Sande en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 4 juli 2013 in tegenwoordigheid van de griffier.