Einde inhoudsopgave
Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden
Artikel 61 [Inwerkingtreding]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1986
- Bronpublicatie:
09-08-1985, Stb. 1985, 453 (uitgifte: 01-01-1985, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 18826 Overheid.nl: 18826)
- Inwerkingtreding
01-01-1986
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-08-1985, Stb. 1985, 453 (uitgifte: 01-01-1985, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 18826Overheid.nl: 18826)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Financiën
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Ministerie van Buitenlandse Zaken
Ministerie van Justitie
Ministerie van Economische Zaken
Ministerie van Defensie
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Staatsinrichting
Het Statuut treedt in werking op het tijdstip van de plechtige afkondiging, nadat het bevestigd is door de Koning.
Alvorens de bevestiging geschiedt, behoeft het Statuut aanvaarding voor Nederland op de wijze, in de Grondwet voorzien; voor Suriname en voor de Nederlandse Antillen door een besluit van het vertegenwoordigende lichaam.
Dit besluit wordt genomen met twee derden der uitgebrachte stemmen. Wordt deze meerderheid niet verkregen, dan worden de Staten ontbonden en wordt door de nieuwe Staten bij volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen beslist.