NJ 2015/405
Te duchten gevaar voor de veiligheid van een luchtvaartuig cfm. art. 385b lid 1 Sr.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
22 september 2015
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
14/01115
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS153906:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:2752, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑09‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1943, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑08‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑08‑2014
- Wetingang
Art. 385b Sr
Essentie
Voor het te duchten gevaar voor de veiligheid van het luchtvaartuig cfm. art. 385b lid 1 onder 1 Sr is vereist dat dit gevaar ten tijde van de daad van geweld naar algemene ervaringsregels voorzienbaar moest zijn geweest (vgl. HR NJ 2009/120 t.a.v. art. 157 Sr). Het hof kon oordelen dat daarvan sprake was, gelet op de bewezenverklaring dat de gezagvoerder en het cabinepersoneel zich niet volledig konden richten op de normale werkzaamheden in het kader van de vliegveiligheid aan boord en dit zijn oorzaak vond in verdachtes gewelddadige gedragingen en het ...