NJB 2018/836
Prejudiciële vragen. Vonniswijzing. Rechterlijk ambtenaar. Nietigheid. Terugwijzing. Combinatie na terugwijzing. Nadat bij de rechtbank een pleitzitting heeft plaatsgehad, maar voordat het vonnis wordt uitgesproken, is een van de behandelend rechters tot raadsheer van het hof benoemd. Hoge Raad: Een vonnis, uitgesproken op naam van een rechter die is gedefungeerd voordat het vonnis was gewezen, is nietig. Een vonnis geldt niet als ‘gewezen’ als daarna nog wijzigingen in de schriftelijke weergave hebben plaatsgevonden, behoudens voor zover sprake is van eenvoudig herstel van kennelijke fouten. Indien het vonnis (mede) is gewezen door een daartoe niet bevoegde rechterlijk ambtenaar, moet de zaak worden teruggewezen. Na terugwijzing kan de zaak niet worden beoordeeld door een combinatie die mede bestaat uit rechterlijk ambtenaren die eerder aan het vernietigde vonnis hebben meegewerkt
HR 13-04-2018, ECLI:NL:HR:2018:604
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
13 april 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
17/04820
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:604, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑04‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:156, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑02‑2018
- Wetingang
(art. 6 EVRM; art. 5 lid 2, art. 40 lid 1, art. 58 lid 1 RO; art. 31, 230 lid 1, art. 287 lid 1 Rv)
Essentie
Prejudiciële vragen. Vonniswijzing. Rechterlijk ambtenaar. Nietigheid. Terugwijzing. Combinatie na terugwijzing. Nadat bij de rechtbank een pleitzitting heeft plaatsgehad, maar voordat het vonnis wordt uitgesproken, is een van de behandelend rechters tot raadsheer van het hof benoemd. Hoge Raad: Een vonnis, uitgesproken op naam van een rechter die is gedefungeerd voordat het vonnis was gewezen, is nietig. Een vonnis geldt niet als ‘gewezen’ als daarna nog wijzigingen in de schriftelijke weergave hebben plaatsgevonden, behoudens voor zover sprake is van eenvoudig herstel van kennelijke fouten. Indien het vonnis (mede) is gewezen door een daartoe niet bevoegde rechterlijk ambtenaar, moet de zaak ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.