Einde inhoudsopgave
Archiefwet 1995
Artikel 18
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2013
- Bronpublicatie:
19-04-2012, Stb. 2012, 243 (uitgifte: 12-06-2012, kamerstukken: 33095)
- Inwerkingtreding
01-01-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-11-2012, Stb. 2012, 632 (uitgifte: 14-12-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
De beheerder van een archiefbewaarplaats is verplicht archiefbescheiden voor een bepaalde tijd uit te lenen aan het overheidsorgaan, waaronder de bescheiden, indien zij niet naar een archiefbewaarplaats waren overgebracht, zouden berusten, tenzij naar zijn oordeel de toestand van de archiefbescheiden zich daartegen verzet.
2.
De beheerder van een archiefbewaarplaats is, met inachtneming van de aan de openbaarheid gestelde beperkingen, bevoegd archiefbescheiden voor een bepaalde tijd uit te lenen aan een instelling, mits een deskundig beheer en een veilige bewaring zijn gewaarborgd. Aan een zodanige uitlening kunnen voorwaarden worden verbonden.
3.
De beheerder is bevoegd een verzoek tot uitlening als bedoeld in het tweede lid af te wijzen, indien naar zijn oordeel de toestand van de archiefbescheiden zich daartegen verzet of deze aan de verzoeker niet veilig kunnen worden toevertrouwd.
4.
Een gehele of gedeeltelijke afwijzing van een schriftelijk verzoek tot uitlening als bedoeld in het tweede lid vindt schriftelijk plaats. In geval van een mondeling verzoek vindt een afwijzing schriftelijk plaats, indien de verzoeker daarom vraagt. De verzoeker wordt op deze mogelijkheid gewezen.
5.
Indien de aard of de mate van raadpleging of gebruik van de archiefbescheiden bij de in het tweede lid bedoelde uitlening een ernstige bedreiging vormt voor hun toestand, is de beheerder bevoegd te bepalen dat in de plaats van die archiefbescheiden reprodukties worden uitgeleend.
6.
De aan de uitlening verbonden kosten kunnen de verzoeker in rekening worden gebracht.