FED 2020/14
De stelplicht en bewijslast in het kader van de gebruikelijkheidstoets in de werkkostenregeling liggen bij de inspecteur. De enkele verwijzing naar de doelmatigheidstoets is daarbij onvoldoende.
HR 12-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1195, m.nt. A.C.Smale
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 juli 2019
- Magistraten
Mrs. De Groot, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
18/00926
18/00952
18/00953
18/00955
18/00956
- Noot
A.C.Smale
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS180898:1
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Werkkostenregeling
Loonbelasting (V)
Loonbelasting / Loon
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1050, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1196, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1195, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1198, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑07‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1197, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:183, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑02‑2019
- Wetingang
Art. 31 lid 1 sub f Wet LB 1964 (tekst uit 2012 en 2013)
Essentie
De stelplicht en bewijslast in het kader van de gebruikelijkheidstoets in de werkkostenregeling liggen bij de inspecteur. De enkele verwijzing naar de doelmatigheidstoets is daarbij onvoldoende.
Samenvatting
Belanghebbende biedt in 2012 en 2013 – net als in eerdere jaren – aan een selecte groep werknemers een aandelenplan aan, op grond waarvan aan hen aandelen om niet toegekend worden. De nettowaarde van deze toegekende aandelen bedroeg in 2012 EUR 311.790 en in 2013 EUR 121.600. Belanghebbende past in deze jaren vrijwillig de werkkostenregeling toe, terwijl in de jaren voorafgaand aan 2012 de nettowaarde van de aandelen werd gebruteerd tegen een tarief van 108,3%. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.