V-N Vandaag 2020/2330
Uitkering uit ontslagvergoeding vormt geen pensioen: Nederland heffingsbevoegd
HR 02-10-2020, ECLI:NL:HR:2020:1530
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 oktober 2020
- Zaaknummer
20/00674
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht / Heffingsbevoegdheid
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1530, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑10‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:748, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑08‑2020
- Wetingang
Wet op de loonbelasting 1964 (BWBR0002471, 11)Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen (BWBV0005862, 12)Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen (BWBV0005862, 10)
Essentie
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de uitkering moet worden aangemerkt als inkomen uit arbeid als bedoeld in art. 10 Belastingverdrag NL - DUI. Nederland is heffingsbevoegd. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 Wet RO).
Samenvatting
De arbeidsovereenkomst tussen belanghebbende, X, en A bv wordt in 2002 beëindigd. Aan X wordt een ontslagvergoeding van € 75.000 toegekend. Dit bedrag wordt door A bv als lijfrentekapitaal gestort in een lijfrentepolis bij DBV Verzekeringen. De ingangsdatum van de lijfrente is bepaald op 14 januari 2014. Op 13 januari 2015 wordt met het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.