NJB 2019/694
Devolutieve werking. Vordering met twee grondslagen. Een verkoper van een onderneming vordert betaling van € 25.000 als tweede deel van de overnamesom en als contractuele boete. De rechtbank wijst de boete toe en oordeelt dat deze in de plaats komt van het tweede deel van de overnamesom. Hoge Raad: Het hof had, nadat het tot de slotsom was gekomen dat de op de boete gestoelde toewijzing van de vordering moest worden vernietigd, moeten onderzoeken of de vordering wel toewijsbaar is voor zover zij berust op de verschuldigdheid van het tweede deel van de overnamesom
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 maart 2019
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.E. du Perron, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
17/06038
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:398, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑03‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1515, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑12‑2018
- Wetingang
(art. 347 Rv)
Essentie
Devolutieve werking. Vordering met twee grondslagen. Een verkoper van een onderneming vordert betaling van € 25.000 als tweede deel van de overnamesom en als contractuele boete. De rechtbank wijst de boete toe en oordeelt dat deze in de plaats komt van het tweede deel van de overnamesom. Hoge Raad: Het hof had, nadat het tot de slotsom was gekomen dat de op de boete gestoelde toewijzing van de vordering moest worden vernietigd, moeten onderzoeken of de vordering wel toewijsbaar is voor zover zij berust op de verschuldigdheid van het tweede deel van de overnamesom
Partij(en)
A, adv. mr. N.C. ...