Einde inhoudsopgave
Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus
Artikel 11 (alarminstallateurs)
Geldend
Geldend vanaf 04-02-2016. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 18-01-2016
- Bronpublicatie:
26-01-2016, Stcrt. 2016, 4673 (uitgifte: 03-02-2016, regelingnummer: 723850)
- Inwerkingtreding
04-02-2016, terugwerkend tot: 18-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-01-2016, Stcrt. 2016, 4673 (uitgifte: 03-02-2016, regelingnummer: 723850)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
1.
Een beveiligingsorganisatie die werkzaamheden verricht als bedoeld in artikel 3, onder b, van de wet, aan welke een vergunning is verleend, laat het plan voor de installatie, de installatie en het onderhoud van de alarmapparatuur die hij gebruikt, slechts opstellen dan wel uitvoeren door alarminstallateurs die in het bezit zijn van een diploma dat de instemming heeft van de minister.
2.
Instemming als bedoeld in het eerste lid hebben:
- a.
het diploma Monteur Beveiligingssystemen (MBV);
- b.
het diploma Technicus Beveiligingsinstallaties (TBV);
- c.
een erkenning van beroepskwalificaties als bedoeld in artikel 5 van de Algemene wet erkenning EU-beroepskwalificaties, voor werkzaamheden als alarminstallateur.