Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet
Artikel 21
Geldend
Geldend vanaf 27-02-2015
- Bronpublicatie:
15-12-2014, Stb. 2014, 543 (uitgifte: 22-12-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
27-02-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-02-2015, Stb. 2015, 83 (uitgifte: 26-02-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
1.
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld over:
- a.
de eisen waaraan afvalstoffen of reststoffen van organische, dierlijke of plantaardige oorsprong moeten voldoen;
- b.
de eisen waaraan het bewerkingsprocédé van zuiveringsslib, van herwonnen fosfaten en van overige afvalstoffen of reststoffen van organische, dierlijke of plantaardige oorsprong moet voldoen, welke eisen mede betrekking kunnen hebben op de te bewerken stoffen;
- c.
de homogeniteit, de stabiliteit of de gelijkmatigheid van de samenstelling van de meststoffen;
- d.
de wijze waarop de hoeveelheden nutriënten, organische stof, zware metalen en organische microverontreinigingen in meststoffen, alsmede de verdere samenstelling van meststoffen worden bepaald;
- e.
de gebruiksaanwijzing van de meststoffen;
- f.
de overige gegevens waarvan meststoffen zijn voorzien;
- g.
de wijze waarop de gegevens worden aangebracht; en
- h.
de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder de artikelen 11, 14 en 15 geheel of gedeeltelijk niet van toepassing zijn.
2.
De in het eerste lid, onderdeel d, bedoelde regels kunnen mede betrekking hebben op de bevoegdheid tot het doen van vaststellingen ten behoeve van de in dat onderdeel bedoelde bepaling en op de voor die vaststellingen te gebruiken apparatuur.
3.
De krachtens het eerste lid te stellen regels kunnen voor de in de regeling te onderscheiden categorieën meststoffen en de beoogde bestemming van de meststoffen verschillend worden vastgesteld.