Einde inhoudsopgave
Mijnbouwwet
Artikel 15 [Procedure voor indiening aanvragen door anderen]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2018
- Bronpublicatie:
25-04-2018, Stb. 2018, 142 (uitgifte: 24-05-2018, kamerstukken: 34860)
- Inwerkingtreding
01-07-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-06-2018, Stb. 2018, 207 (uitgifte: 29-06-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Energierecht (V)
1.
Zodra een aanvraag om een vergunning is ingediend, worden anderen in de gelegenheid gesteld om aanvragen om een soortgelijke vergunning in te dienen voor dezelfde delfstof voor hetzelfde gebied.
2.
Onze Minister plaatst hiertoe een uitnodiging in de Staatscourant. De uitnodiging maakt melding van het bepaalde in artikel 17. Indien het een aanvraag om een opsporings- of winningsvergunning voor koolwaterstoffen betreft, wordt de uitnodiging tevens geplaatst in het Publicatieblad van de Europese Unie.
3.
Anderen kunnen aanvragen indienen tot dertien weken na de dag van plaatsing van de uitnodiging in de Staatscourant of, ingeval het koolwaterstoffen betreft, het Publicatieblad van de Europese Unie.
4.
De procedure, bedoeld in het eerste tot en met het derde lid, wordt niet toegepast met betrekking tot:
- a.
een aanvraag om een winningsvergunning als bedoeld in artikel 10, eerste lid;
- b.
een aanvraag om een winningsvergunning die wordt ingediend door de houder van een opsporings- of winningsvergunning naar aanleiding van de aantoning van een voorkomen, waarvan aannemelijk is dat het zich gedeeltelijk in zijn gebied en gedeeltelijk in het aangevraagde aangrenzende gebied bevindt;
- c.
een aanvraag voor een gebied, waarvoor op grond van artikel 7 geen vergunning wordt verleend;
- d.
een aanvraag die wordt ingediend overeenkomstig het derde lid.
5.
In het geval, bedoeld in het vierde lid, onderdeel b, stelt Onze Minister anderen die ten tijde van de in dat onderdeel bedoelde indiening houder zijn van een opsporings- of winningsvergunning voor dezelfde delfstof, voor gebieden die grenzen aan het in dat onderdeel bedoelde aangevraagde aangrenzende gebied, in de gelegenheid om tot dertien weken na die indiening een aanvraag om een winningsvergunning voor die delfstof voor dat gebied in te dienen.