FED 2019/12
Naheffingsaanslag grondwaterbelasting voor vrijstelling een warmte-/koudeopslaginstallatie (WKO) moet worden vernietigd omdat met terugwerkende kracht alsnog is voldaan aan vrijstelling
HR 12-10-2018, ECLI:NL:HR:2018:1898, m.nt. J. Schep
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 oktober 2018
- Magistraten
Mrs. Koopman, Van Loon, Van Kalmthout, Van Hilten, Faase
- Zaaknummer
17/00175
- Noot
J. Schep
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS274176:1
- Vakgebied(en)
Milieubelastingen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1898, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑10‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1349, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑11‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 30‑11‑2017
- Wetingang
Essentie
Naheffingsaanslag grondwaterbelasting voor vrijstelling een warmte-/koudeopslaginstallatie (WKO) moet worden vernietigd omdat met terugwerkende kracht alsnog is voldaan aan vrijstelling
Samenvatting
Belanghebbende is houder van een zogenoemde koude- en warmte-opslaginstallatie ten behoeve van de klimaatbeheersing van een kantoorpand. Daarvoor wordt grondwater aan de bodem onttrokken en ook weer teruggevoerd. Wanneer hiervoor een vergunning is verleend, is deze vorm van onttrekking vrijgesteld van grondwaterbelasting op basis van artikel 10 lid 1 aanhef en letter g Wbm (tekst vanaf 1 januari 2008). In de Waterwet is de verlening van een dergelijke vergunning opgedragen aan gedeputeerde staten. In de jaren ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.