NJ 1947/395
Dienstbetrekking voor bepaalden of onbepaalden tijd? Bedongen schadeloosstelling; matigingsrecht? Overgaan arbeidsverhouding op een ander. Hooger beroep; in 1en aanleg gevoerd verweer. Aanvulling verweer buiten partijen om.
HR 28-03-1947, ECLI:NL:HR:1947:140, m.nt. Prof. E. M. Meijers
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 maart 1947
- Magistraten
Mrs. Donner, Nypels, van der Flier, Losecaat Vermeer en Smits
- Zaaknummer
[28031947/NJ_1947-395]
- Conclusie
Mr. Wijnveldt
- Noot
Prof. E. M. Meijers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS108539:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1947:140, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑03‑1947
- Wetingang
(BW art. 1639 e-x, 1639e, 1639r; WvK art. 29; Rv art. 343-358.)
Essentie
Dienstbetrekking voor bepaalden of onbepaalden tijd? Bedongen schadeloosstelling; matigingsrecht? Overgaan arbeidsverhouding op een ander. Hooger beroep; in 1en aanleg gevoerd verweer. Aanvulling verweer buiten partijen om.
Samenvatting
Indien is bedongen, dat opzegging door den werkgever slechts kan geschieden, met schriftelijke toestemming van den werknemer, is de dienstbetrekking t.a.v. den werkgever voor bepaalden tijd aangegaan, en wel, indien geen andere tijd is vastgesteld, voor den duur van het leven van den werknemer.
De bij deze dienstbetrekking overeengekomen schadeloosstelling, t. w. een „wachtgeld" tot een gelijk bedrag als het loon tot het pensioen van den werknemer, in ieder geval ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.